Afbeelding

Hoe een vakantie Paul Sprengers

NULL

Hoe een vakantie Paul Sprengers’ leven veranderde

Aarle-Rixtel - Het was in de zomer van 1984 toen Paul Sprengers met enkele vrienden naar Spanje afreisde om daar zijn vakantie door te brengen in het zonovergoten Benidorm. Een acute blindedarmontsteking, in combinatie met een verkeerde Spaanse doktersbehandeling, was voor de toen negentienjarige Aarle-Rixtelnaar het begin van een nachtmerrie die enkele jaren duurde. 


Paul, wat had je voor een leven voordat je naar Benidorm ging?
“Een druk leven. Vanaf mijn vijftiende had ik naast mijn school een krantenwijk. Ik dacht, als ik meer wil verdienen moet ik het anders doen. Ik nam verschillende kranten aan in heel Aarle-Rixtel en liet die rondbrengen door anderen. Door die combinatie verdienden we allemaal goed. Ja, de handelsgeest zat er bij mij vroeg in.”

In ’84 ging je met je zelf verdiende geld naar Benidorm. Daar merkte je op 1 augustus dat er iets mis was.
“Ik werd die ochtend wakker en kon me niet bewegen. Mijn vriend Harry Seijkens heeft mij op zijn rug naar de taxi gedragen en toen snel naar een soort eerste hulppost gebracht. Daar constateerde de enige dokter in een straal van 80 kilometer dat ik een acute blindedarmontsteking had. Binnen een uur werd ik door hem geopereerd.”

Toen kreeg je andere klachten?
“Alles wat ik at, kon mijn lichaam niet verlaten. In drie dagen tijd woog ik 110 kilo. Bleek dat tijdens de operatie mijn darmen niet goed waren teruggelegd en ik een dubbele knik in mijn dunne darm had opgelopen. De arts werd weer gebeld maar vanwege zijn grote district werd het al snel ‘mañana’. Omdat het voedsel er toch uit moest, begon ik over te geven, klinkklare poep, verschrikkelijk. Binnen een dag woog ik nog maar 70 kilo. Ik droogde uit en raakte in coma. Ik werd weer geopereerd. Deze keer werd er een meter darm verwijderd, van knik naar knik.”

Wat was de rol van Harry Seijkens?
“Ik heb mijn leven te danken aan mijn vriend Harry ‘Nightingale’ Seijkens. Ik had 41,7° koorts en was helemaal van de wap. Er vielen organen uit en ik woog geen 50 kilo meer. Hij was dag en nacht bij mij, verwisselde infusen, onderhield contact met het thuisfront en schreef alle medische gegevens in een dagboek. Hij had zelfs een touwtje geknoopt van zijn teen naar mijn teen zodat hij meteen wakker werd als ik bewoog.”

Hoe kwam je uiteindelijk in Nederland?
“Mijn familie kwam. Met hoge koorts mag je niet vliegen. Met de smoes dat ze mij naar een privé-hospitaal wilden brengen, hebben ze mij uit de hulppost gehaald en toen via S.O.S alarmdienst in een klein vliegtuigje naar Nederland vervoerd, regelrecht naar het Radboudziekenhuis in Nijmegen. Als dat een dag later was gebeurd, was ik er nu niet meer geweest.”

En toen?
“Er stond niks op papier. Ze hadden alleen de verhalen en het dagboek van Harry. Na onderzoek bleek dat de laatste operatie goed was gelukt. Maar ik kon niks meer. Ik zag en hoorde niks, kon niet praten en niet bewegen. Door uitdroging en zuurstoftekort had ik een Niet Aangeboren Hersenletsel opgelopen waardoor de functies van de kleine motoriek waren uitgevallen. Om te revalideren ging ik na een maand naar de Sint Maartenskliniek. Daar kreeg ik allerlei therapieën. Ik ging langzaam vooruit. Praten lukte niet. Iedereen dacht dat ik gek was maar dat was niet. Ik kon gewoon denken en wist wie iedereen was. Ik kon me alleen niet uiten.”

Hoe heb je deze periode ervaren?
“Het is verschrikkelijk als je niet kunt communiceren. Ik zat in mijn eigen denkwereld en heb zelfs een tijd gedacht dat ik dood was. Het besef dat ik leefde, kwam toen ik in november voor het eerst een weekend naar huis mocht. Harry duwde mijn rolstoel tijdens een wandelingetje. Een vriend vroeg aan hem: hoe is het met Paul? Ik besefte dat ze het over mij hadden en dat ik nog leefde. Vanaf toen ging ik hard vooruit en was ik binnen enkele weken uit mijn rolstoel. Op 28 november ging ik naar huis en mocht ik verder revalideren in Blixembosch. Deze datum vier ik nog altijd als tweede geboortedag.”

Heeft deze ongelukkige samenloop van omstandigheden je leven veranderd?
“Ja, helemaal. Van vlotte jongen was ik veranderd naar iemand die niet door iedereen helemaal voor vol werd aangezien. Gelukkig werd ik goed opgevangen door familie en vrienden. Zij zagen me wel voor vol aan en hielpen mij.”

Sta je nu ook anders in het leven?

“Toen ik met de kranten bezig was, had ik vooral winstoogmerk. Nu heb ik andere prioriteiten. Ik doe vrijwilligerswerk bij het Filmhuis en IVN en al bijna dertig jaar in het ziekenhuis. Door wat ik heb meegemaakt ben ik anders gaan leven. Ik ben meer gaan genieten, samen met mijn vriendin Angélique, en intenser gaan leven. Ook al ondervind ik dagelijks nog problemen zoals mijn evenwicht en vergeetachtigheid. Ik ben door mijn ongeluk heel rijk geworden. Niet qua financiën maar qua gedachten en kwaliteit van leven. Ook heb ik er een broer bijgekregen in de vorm van Harry.”