Het terrein aan de Bemmer
Het terrein aan de Bemmer Foto: Daphne van Leuken

Hoe lang blijft zandvlakte Bemmer IV nog onbebouwd?

Algemeen Gemeente

Beek en Donk – Rijdend over de N279 tussen rotonde Gemertseweg en rotonde Boerdonk ontkom je niet aan de borden die langs de weg staan ter hoogte van bedrijventerrein Bemmer IV. Een aantal bedrijven hebben zich gevestigd op deze zichtlocatie maar wanneer je het bedrijventerrein betreedt via toegangsweg De Vonderweg blijkt het terrein dat 20 hectaren groot is nog bijzonder leeg te zijn. Hoe kan dat? Wat zijn mogelijke oorzaken en hoe ziet de toekomst eruit? DeMooiLaarbeekKrant sprak met gemeente, parkmanagement en reeds gevestigde bedrijven nieuwsgierig naar een antwoord op deze vragen.

Waarom is het grootste gedeelte (18 ha.) van Bemmer IV nog niet bebouwd?
Wethouder Meulensteen: "De economische crisis is naar mijn mening de voornaamste reden. De bedrijven waarmee we als gemeente in gesprek waren net voor de crisis haakten af of lieten hun optie verlopen. Als ondernemer denk je wel twee keer na in tijden van crisis voordat je gaat investeren. Daarnaast hebben we te maken met concurrentie van bedrijfsgronden op het terrein van Zweegers Investments (Van Thiel, circa 9 ha.). Verder heb ik geen enkele indicatie waarom de bouw is gestagneerd."

Parkmanager Frits Rutten: "Behalve dat de crisis naar mijn idee zeker een rol heeft gespeeld, is de grondprijs ook hoog. Het grondbedrijf van de gemeente is al jaren niet onbesproken. Bovendien is er iets te zeggen over de bereikbaarheid. Een bedrijf denkt 'hoe kunnen mijn mensen hier komen?'. De mobiliteit van werknemers is belangrijk. Bemmer IV is niet bereikbaar met het reguliere openbaar vervoer. Voor bedrijven die veel gebruikmaken van studenten of jonge mensen, kan dit een reden zijn zich hier niet te vestigen."

Toen Bemmer IV werd ontwikkeld, was er nog sprake van een mogelijke Ruit of een verbreding van de N279 naar twee maal twee rijstroken. Inmiddels zijn beide opties van de baan. Speelt dit mee denkt u?
Meulensteen: "Bemmer IV is strategisch gelegen en kent schitterende zichtlocaties. De toegangsweg via de Vonderweg wordt op korte termijn verbreed. Ik ben van mening dat deze toegangsweg afdoende capaciteit biedt om Bemmer IV te bereiken. Nee, ik geloof dus niet dat de veranderde wegenstructuur een reden is geweest of zal zijn voor potentiële kandidaten om af te haken."

Rutten: "De bereikbaarheid speelt absoluut mee. Bedrijven kijken strategisch naar hun positie ten opzichte van hun klanten. Een ondernemer kiest de plaats van vestiging ook op basis van bereikbaarheid. Zie het verschil met Veghel dat direct aan de A50 ligt. Het niet-doorgaan van de Ruit en het niet-verbreden van de N279 zie ik als een gemiste kans. Een aparte afrit van de N279 rechtstreeks naar Bemmer IV in plaats van eerst langs het kanaal en dan de Vonderweg op was ook een prima optie geweest."

Heeft de gemeente er alles aan gedaan om bedrijven naar Bemmer IV toe te trekken?
Meulensteen: "We hebben als gemeente fors geïnvesteerd in dit bedrijventerrein. We hebben de gronden geëgaliseerd en ingezaaid zodat het terrein een mooie uitstraling krijgt. Het gehele bedrijventerrein is voorzien van glasvezel en vorig jaar hebben we de regels versoepeld ten aanzien van de bouwhoogte van bedrijven. We hebben een extern bureau opdracht gegeven onderzoek te doen en de ambtelijke uren uitgebreid met 0,5 fte om er nog beter bovenop te kunnen zitten. Er is veel mogelijk op Bemmer IV. We willen als gemeente meebewegen in de vraag van bedrijven. Daarom liggen het wegenpatroon en de kavelgrenzen nog niet definitief vast. Er is hier plek voor bedrijven die meer dan 5000 m2 nodig hebben en de toegelaten milieu-eisen zijn ook erg ruim. Desalniettemin ligt er een beeld- en beleidsplan dat de groene en duurzame uitstraling van deze prachtige locatie moet beschermen. Het moet hier geen ratjetoe worden."

Rutten: "Het is belangrijk dat de aandacht ligt bij heel bedrijventerrein Bemmer. Ook intern kunnen juweeltjes van bedrijven de overstap maken. Parkmanagement zoekt hierin de samenwerking met de gemeente. Ongeschreven hebben we wel een rol. Toch zouden parkmanagement en gemeente nog meer moeten samenwerken. Het terrein ziet er nu groen uit. Een grote verbetering in vergelijking met de zandvlakte die het eerst was maar dan moet het wel onderhouden blijven. De aanwezigheid van glasvezel en de plannen voor camerabewaking op het hele terrein zie ik ook als pluspunten."

Hoe ziet u de toekomst?
Meulensteen: "De crisis is voorbij en momenteel zijn we met diverse bedrijven in gesprek. Binnen nu en een half jaar verwacht ik zeker vijf potentiële kandidaten. Bouwen doet interesseren! Wanneer er eenmaal activiteit plaatsvindt, zal dat naar mijn idee een positief effect hebben. Op korte termijn zal de Vonderweg worden verbreed en worden opgewaardeerd tot de Poort van Bemmer IV. Daarmee krijgt Bemmer een representatieve toegangsweg. Bovendien zal de gemeente zich – ook in omringende gemeentes – nog meer gaan profileren (ook marketingtechnisch) met Bemmer IV als bedrijventerrein op het snijvlak van Zuidoost en Noordoost. Ik heb er vertrouwen in dat zich hier binnen 'no time' meer bedrijven gaan vestigen."

Rutten: "Nu de economie aantrekt, komt er langzaamaan weer 'vlees op de botten' bij ondernemers. Ik ben ervan overtuigd dat wanneer de eerste hier gaat bouwen, andere bedrijven zullen volgen. Bedrijven die in buurgemeenten als Helmond willen uitbreiden maar dit niet kunnen omdat Helmond bijvoorbeeld verzadigd is qua hectaren, breng ik in contact met Laarbeek. Inmiddels zijn we met twee serieuze gegadigden in gesprek. Voor wat betreft de Poort van Bemmer; we zijn als parkmanagement aan de voorkant betrokken bij de reconstructie van de Vonderweg. Ondernemers hebben hun wensen kenbaar gemaakt en zorgen geuit en de vraag is nu in hoeverre de gemeente hieraan gehoor geeft. Er dient rekening te worden gehouden met de wensen van ondernemers. Op die manier kan het ook voor de toekomst goed ingericht worden."

Tot slot geven directeur Coen Munsters van Ilfari, directeur Ad van Nistelrooij van Ebmpapst en HR-manager Karlijn Hobé van Replace Direct hun visie.
Munsters: "De crisis heeft naar mijn idee een uitbreiding van bedrijven 'on hold' gezet. Maar daarnaast schort het aan marketing. Als bovenregionaal industrieterrein mag je jezelf wel meer promoten vind ik. Daarbij hoort ook een stukje uitstraling; hoe ligt het terrein erbij? Bemmer IV zet in op mooie bedrijven; het beeld- en beleidsplan is leidend. Wat mag en kan in de zichtzone? Ik ben blij dat het inmiddels groen oogt want in de zomer was het hier net een woestijn en in de winter de Waddenzee. Uitstraling doet veel. Als je terrein perfect wordt onderhouden, is het veel uitnodigender. Voor verkeersintensieve bedrijven blijft de N279 ook na herinrichting maar een 'provinciaal weggetje'. 's Morgens en einde van de middag kun je aansluiten in de file van Helmond naar Beek en Donk. Een aparte afrit van de N279 die in directe verbinding staat met het terrein, zou mijn voorkeur hebben. Er is ruimte genoeg en hoe mooi kan je entree zijn? Voor mijn bedrijf is de bereikbaarheid geen issue en die ervaar ik als voldoende, alhoewel ik een opwaardering van de huidige toegangsweg zeker noodzakelijk acht. Er wordt veel gemanoeuvreerd op de huidige entree en dat is alleen maar toegenomen. Mijn ervaring is dat Laarbeek een zeer sterk meewerkende gemeente is als je je hier wilt vestigen. Er is veel ruimte voor kansen. 'Hoe groot of hoe klein wil je het hebben?' is het uitgangspunt. Een groot pluspunt is ook dat er glasvezel ligt. Ik denk dat wanneer hier 1 bedrijf gaat bouwen, het een positief effect zal hebben op andere potentiële kandidaten. Het enige probleem dat nu speelt is niet het industrieterrein zelf maar de entree. Ik ben benieuwd naar de plannen van de gemeente en of de wensen van de ondernemers hierin zijn meegenomen. Wat er bij de gemeente voorligt, is vaak wat er gebeurt en dan is het in mijn optiek eenrichtingsverkeer. Er is zeker ruimte om de Vonderweg op een geschikte manier op te waarderen én te zorgen voor het zogenaamde 'wow-effect' maar dan wel graag op een manier die ook bijdraagt aan een gezonde infrastructuur."

Van Nistelrooij: "Ik denk dat bedrijven hebben gewacht met investeren door het uitbreken van de economische crisis. Ik ervaar de infrastructuur niet als een probleem. Het is een weet hoe je hier moet komen, dat wel. Een aparte afrit vanaf de N279 zou mooier zijn geweest, maar acht ik niet noodzakelijk. Wij hebben ons bedrijf zo ingericht dat alle faciliteiten aanwezig zijn voor chauffeurs om op ons eigen terrein te manoeuvreren en te overnachten. Er is één belangrijk punt dat ik wil noemen en dat is de uitstraling van het industrieterrein. En dan heb ik het zowel over de voorzijde als de achterzijde. Voor een bovengemiddeld industrieterrein ziet het er niet uitnodigend uit. Wij zijn gevestigd aan de rand op een zichtlocatie. Uitstraling doet alles. Maar we onderhouden de boel hier inmiddels zelf omdat het er anders nog beroerder bij ligt. Wil je bedrijven enthousiast krijgen zich hier te vestigen, dan moet je ervoor zorgen dat alles er perfect bij ligt. Hetzelfde geldt voor de entree van Bemmer IV. Ik vind dat alles er verzorgd uit moet zien."

Hobé: "Voor ons is de bereikbaarheid voldoende. Wij waren gevestigd in Gemert. Daar was geen plek om door te groeien. Bemmer IV was een logische stap; dichtbij Gemert, het ligt 'lekker aan de weg' en we konden hier een heel mooi pand bouwen. Logistiek ervaren wij geen problemen. Een vorm van horeca op Bemmer IV in de toekomst zou wel prettig zijn want als we nu een broodje willen eten, zijn we genoodzaakt het centrum op te zoeken."