Wim Daniëls
Wim Daniëls

'De Zomer van 1945': hoop en ellende tegelijkertijd

Algemeen

Laarbeek/Eindhoven – Het nieuwe boek van Wim Daniëls genaamd 'De Zomer van 1945' is sinds een aantal weken verkrijgbaar. Hierin beschrijft Wim elke zomerdag in de eerste ‘vrije’ zomer na de bevrijding. Deze zomer is het tevens 75 jaar geleden dat heel Nederland zijn eerste vrije zomerperiode na vijf jaar oorlog meemaakte. 

Onderzoek
Wim heeft voor zijn verhalen veel oude kranten uit de zomer van ’45 geraadpleegd via de website delpher.nl. Dit is een site waar zo’n beetje bijna alle Nederlandse kranten vanaf 1618 op te vinden zijn. Wim: “Het was ook weer niet zoveel werk om die artikelen te vinden, omdat er papierschaarste was in die zomer en kranten daarom erg dun waren. Soms zelfs kranten met alleen een voor- en achterpagina.” Naast delpher.nl heeft hij een aantal oorlogsboeken gelezen, oorlogsfilms gekeken en oproepen gedaan op Facebook en Twitter met de vraag of mensen beschikten over oorlogsdagboeken en persoonlijke verhalen wilden delen. Op die vragen kwamen een aantal reacties.

Wim: “Ik heb met een aantal mensen gepraat die de zomer persoonlijk hebben meegemaakt, maar de meeste gesproken bronnen zijn nabestaanden van slachtoffers. Bijvoorbeeld een Limburgse familie. Op 23 juni 1945 schrijf ik dat kinderen aan het spelen waren in een weide en in aanraking kwamen met een mijn. De nabestaanden van die kinderen denken nog altijd terug aan dit tragische incident.”

Selectie
Het kiezen voor de minder voor de hand liggende onderwerpen, daar ging het bij Wim vooral om. Wim: “Ik heb er zelf voor gekozen om de zomer dag voor dag te beschrijven in plaats van met thema’s te werken zoals Nederlands-Indië of de Nationaal Socialistische Beweging (NSB). Deze manier is het beste, omdat je zo het beste beeld hebt van hoe die zomer er in zijn geheel uitzag. In kranten heb ik daarom ook advertenties doorgenomen. Daarin stonden oproepen van personen die op zoek waren naar vermiste familieleden, die dan vaak al waren omgekomen in kampen.” Zo plaatste Otto Frank op 1 augustus 1945 nog een advertentie om erachter te komen waar zijn twee dochters waren, terwijl hij toen toch al moet hebben geweten dat ze in een kamp waren omgekomen. – zij waren inmiddels overleden.

Hoop en bezorgdheid
Op de voorkant van het boek staat een vrouw die haar hand boven arm voor haar ogen houdt en naar de horizon kijkt. Volgens Wim symboliseert de gezichtsuitdrukking van die dame dat Nederland leefde in vrijheid, maar dat er nog steeds veel ellende en oorlogstrauma’s heersten. Daarnaast heeft de vrouw wat weg van Wims moeder, zo zegt hij zelf. Wim: “De uitgeverij Thomas Rap heeft een aantal foto’s aan mij voorgelegd, maar ik vond deze foto het mooist vanwege het contrast dat je kan zien: hoop en bezorgdheid.” Het is voor Wim en de uitgever nog altijd een raadsel wie de oorspronkelijk vrouw is en wie de foto gemaakt heeft.

In de inleiding van het boek schrijft Wim over zijn familie. Wim: “Mijn moeder was in verwachting van mijn broer. Hij heette ook Wim en aan hem heb ik uiteindelijk mijn naam te danken. Hij stierf vijf weken na zijn geboorte aan een epileptische aanval. Dat verhaal heeft me altijd beziggehouden, met name hoe mijn moeder zich toen voelde en heeft daarom nog altijd een enorme impact op mij.”

De tegenstrijdigheid van vrijheid en vreugde is in het hele boek vaak terug te lezen. Zo is er een buiktyfusepidemie in Spijkenisse, moeten NSB’ers en oorlogsmisdadigers opgespoord en bestraft worden en is er op veel plekken in Nederland armoede. Aan de andere kant worden er in bijna elke gemeente bevrijdingsfeesten gehouden. Wim sprak bijvoorbeeld met een Brabantse vrouw die het einde van de wereldoorlog heeft meegemaakt. Zij vertelde dat na de bevrijding van het zuiden in het najaar van 1944 zij en haar omgeving bijna iedere dag feest vierden.

Laarbeekse vermeldingen
Als geboren Aarle-Rixtelnaar kan Wim zijn geboortedorp natuurlijk niet onbenoemd laten in het boek. Er is zelfs een hele dag aan toegewijd, weliswaar met een zwart randje, namelijk de ‘NSB-klok’. Wim vindt dat deze nare gebeurtenissen benoemd moeten worden om zo een evenwichtig beeld te krijgen van de oorlog.

Het verhaal is gebaseerd op een artikel uit de Zuidwillemsvaart (een BrabantseHelmondse krant die niet meer bestaat). Dit blad schreef in 1936 dat NSB-voormannen Anton Mussert en Kees van Geelkerken naar klokkengieterij Petit & Fritsen kwamen om een gegoten klok op te halen. Zij maakten vervolgens via Helmond een tocht door delen van Nederland om met de klok te pronken. In dit hoofdstuk wordt ook vermeld dat een paar Aarle-Rixtelnaren aanwezig waren bij de komst van de NSB-leiders. Zij waren hoogstwaarschijnlijk sympathisanten. Verder heeft Wim contact gelegd met de lokale heemkundekring om meer te weten over de NSB in Aarle-Rixtel.

Op 26 augustus 1945 wordt geschreven over oorlogsmonumenten. Ook Aarle-Rixtel heeft zo’n monument, ter nagedachtenis aan zeven geallieerde militairen die met hun Halifax-toestel in Aarle-Rixtel neerstortten en ter herinnering aan zes Aarlese jongens die als gevolg van oorlogshandelingen ook omkwamen in de oorlogdat er oorlogsmonumenten zijn gekomen in het Aarle-Rixtel nadat een Halifax-toestel neerstortte. Hierbij overleden zeven geallieerden en kwam ook postbode Harry Barten om het leven.

Zelfs de pas zeven jaar bestaande DeMooiLaarbeekKrant noemt Wim op 10 juli 1945. Het gaat over het interview met Freek Unger in juli 2017 die in de Tweede Wereldoorlog gevangen zat in Indonesië in een Japans gevangenenkamp en daarover vertelde aan het Laarbeekse weekblad.

Aantrekkingskracht
De Zomer van 1945 is een boek dat volgens Wim een breed publiek moet trekken. “Ik wilde ervoor zorgen dat het boek toegankelijk is zodat veel mensen het kunnen lezen. Moeilijke woorden, zoals empathisch, zal ik niet snel gebruiken en kom je daarom niet tegen”, zegt hij.

Het boek, waarvan de tweede druk inmiddels al is verschenen, geeft de lezers ook een taak. Wie Wims nieuwste boek leest, zal merken dat de zomermaanden van 1945 er compleet anders uit hebben gezien dan dat zij vooraf misschien hadden gedacht. Wim: “Het boek is vanuit allerlei perspectieven geschreven. De voorafgaande oorlog was zo ontzettend heftig en daarom is het goed dat lezers erbij stilstaan. Het is belangrijk dat we aan die oorlogstijd terugdenken en de slachtoffers ieder jaar blijven herdenken.”

Afbeelding