Ans van Kessel
Ans van Kessel

Uitreiking dialectpenningen Schrijfwedstrijd Brabants Dialectenfestival 2020

Algemeen

Lieshout/regio - De dialectpenningen van de schrijfwedstrijd van het Brabants Dialectenfestival zijn dinsdag 15 september uitgereikt. De digitale bekendmaking van de winnaars was al op 5 juli. Dit programma is nog steeds te zien via de site van het festival (www.brabantsdialectenfestival.nl). Hier zijn alle genomineerde inzendingen te zien en te horen.

Om de penningen uit te reiken ging er een commissie (voorzitter jury – voorzitter festival – bestuurslid schrijfwedstrijd) op pad. Het eerste adres was de winnaar van de gedichtenwedstrijd: Ans van Kessel uit Stevensbeek.

Frank Finkers (voorzitter jury) memoreerde uit het juryrapport: Winnaar is het gedicht “Ik zó óuw zó gèer”. Het oordeel van de jury: een mooi, eenvoudig en heel poëtisch geschreven gedicht, dat eindigt in een prachtige, erg fraaie verstilling. Een gedicht met vrij rijm, geen eindrijm dus, met uitzondering van de laatste versregel, die rijmt op een versregel in de voorlaatste strofe. Die rijmende eindregel, die eindigt met het woord beminne, zorgt ervoor dat het gedicht een heel krachtig en liefdevol einde heeft. Prachtige, verstillende dichtregels, die naar mening van de jury, niet zouden misstaan als troostende woorden, gericht aan iemand die een dierbare is verloren. Ook boven een rouwadvertentie zouden zulke regels die troostende werking kunnen hebben. Heel mooi geschreven in het dialect van Vorstenbosch.

Hierna reed de commissie naar 's-Hertogenbosch. Frank van Osch was winnaar in de categorie 'lied'.

Het juryrapport: Winnaar is het lied “Tien straote weier”. De jury vond dit lied erg mooi door zijn eenvoud, die versterkt wordt door het eigentijdse thema. Er zijn in Nederland steeds meer gebroken gezinnen en deze tekst, met een persoonlijke ervaring over zo’n situatie, is heel actueel. De tekst, melodie en zang maken het geheel tot een melancholisch lied, met een pijnlijk gemis naar een tijd toen het gezin nog compleet was. Een lied van hoop en verlangen, met aan het einde het fraaie zinnetje Wij zèn nooit mir wij. Tien straote weier, het klinkt zo dichtbij, maar het is zo ver weg tegelijk. Een ontroerende hunkering naar een heelheid die nooit meer terugkomt. Heel mooi, eenvoudig dialectgebruik.

Als derde werd bezoek gebracht aan de winnaar in de categorie 'verhaal': Riny Boeijen uit Rosmalen.

Het juryrapport: Winnaar is het verhaal “Losloate”. Door de openingszin ‘Wilde oewe mens loate begraave of loate cremeere? zit je als lezer meteen rechtop op je stoel. De jury merkte op: in het verhaal ontstaat een pakkende dialoog over de dood, met een flashback naar de tijd waarin ons pap nog leefde. In het verhaal lees je een pijnlijk gemis aan een herinneringsplek voor ons pap: een graf. Om het verlies van ons pap voor zichzelf een plek te kunnen geven, zorgt de ik-figuur in het verhaal voor het graf van iemand met dezelfde naam als die van ons pap: Wim. Uiteindelijk volgt er een ontroerende ontmoeting tussen de ik-figuur en de weduwe van Wim. Het thema, van dit verhaal, loslaten, past eigenlijk naadloos in deze onzekere corona-tijd, door de vele corona-doden, zeker in Brabant. De verzorging, het schoonhouden van en bloemen plaatsen bij het graf van een wildvreemde zorgt uiteindelijk voor een mooie win-winsituatie, met een troostend advies. Heel fraai geschreven in het dialect van Berghem.

Het was mooi om de penningen op deze manier te kunnen overhandigen, maar liever hadden ze het toch gedaan op de avond die er gepland was tijdens het festival in aanwezigheid van voltallige jury, bestuur, alle genomineerden en andere belangstellenden. Helaas, volgende keer beter.

Riny Boeijen
Frank van Osch