Torenuurwerkfabriek M. van de Kerkhof & Zonen in de Klokstraat in Aarle-Rixtel, omstreeks 1953.
Torenuurwerkfabriek M. van de Kerkhof & Zonen in de Klokstraat in Aarle-Rixtel, omstreeks 1953.

Nieuw stukje oorlogsgeschiedenis uit de Klokstraat in Aarle-Rixtel

Algemeen

Aarle-Rixtel - Borden, lepels en een beker gemaakt van tin. Het lijkt slechts een boel oud servies. Toch zit er meer achter. Geschiedenisstudent en antiekbewonderaar Alex Hoppenbrouwers (19) hield niet voor mogelijk dat oude spullen een groot verhaal konden bevatten. Het betreft het oorlogsverhaal van de Joodse onderduiker Simon de Jong, die in de Tweede Wereldoorlog in Aarle-Rixtel onderdak vond.

Hoppenbrouwers zag het tinnen tafelwerk in de hal bij zijn opa, Bert van de Kerkhof (95). De student was nieuwsgierig of er wellicht een geschiedenis achter deze spullen zat, en dat bleek zo te zijn. Hoppenbrouwers: “Toen ik mijn opa’s verhaal voor het eerst hoorde wilde ik meteen meer weten. Ik ging gelijk op onderzoek uit. Ik had nog niet zoveel gegevens, alleen de naam De Jong, Joodse komaf en zijn beroep: een metaalhandelaar.”

Uiteindelijk vindt hij de naam ‘Benjamin de Jong’. Na wat snelle research blijkt dit heel iemand anders te zijn, namelijk een andere joodse ijzerhandelaar. Het duurt nog even voordat de naam Simon tevoorschijn komt. Hoppenbrouwers heeft inmiddels een extra detail. De Jong had een vrouw die stierf in 1955. Via een Eindhovense man met een boekje over de joodse gemeenschap besluit de geschiedkundige naar de joodse Begraafplaats in Eindhoven te gaan. Daar vindt hij een graf met de naam Simon de Jong. Met deze ontdekking in zijn achterhoofd gaat Hoppenbrouwers terug naar zijn opa. Bij de naam Simon brandt meteen een lichtje. Tussen alle onderzoeken door hebben de twee vaker gesprekken, die soms leiden tot nieuwe inzichten.

Portret
Simon de Jong (1890) wordt geboren in Besoyen (nu een wijk van Waalwijk) als zoon van een metaal- en lompenhanIn Waspik gaat De Jong te werk als slager. Als hij in 1922 in Zaltbommel gaat wonen, wordt hij koopman en ontmoet hij zijn latere vrouw. Datzelfde jaar verhuist hij samen met zijn vrouw naar Eindhoven en schrijft hij zich in bij de Kamer van Koophandel als handelaar in metalen, vellen en zakken. De Jong komt als handelaar veel langs bij kooplieden in Zuidoost-Brabant, zo ook in Aarle-Rixtel bij M. van de Kerkhof & Zonen. Een torenuurwerkfabriek van Marinus van de Kerkhof op de Klokstraat. Marinus’ zoon is Bert, Hoppenbrouwers’ opa.

Als de nazi’s in 1940 Nederland binnenvallen legt De Jong nog niet meteen zijn werk neer. Na een tijdje doet hij dit toch, omdat de maatregelen tegen joden te zwaar worden. Hij besluit onder te duiken, in Aarle-Rixtel. Samen met zijn echtgenote kan hij terecht bij de familie Reemers, die naast het gezin Van de Kerkhof woont in de Klokstraat. Daar verblijft het echtpaar tot het einde van de Tweede Wereldoorlog. Na de oorlog schrijft De Jong zich weer in bij de KvK en gaat hij tot 1968 verder met zijn koophandel. In 1976 overlijdt hij op 86-jarige leeftijd.

Terugblik
“Ik ben tevreden met mijn onderzoek. Onbekende stukken geschiedenis verdienen net zo goed aandacht. Het is goed dat ik op tijd ben begonnen, want bijna alle mensen die de oorlog meemaakten zijn niet meer onder ons”, zegt Hoppenbrouwers. In zo’n drie maanden tijd heeft Hoppenbrouwers met behulp van archieven, handelsregisters en andere bronnen veel onderzoek kunnen doen. Ondanks het sluiten van de fysieke archieven door de coronamaatregelen is het hem gelukt om tot een compleet verhaal te komen.