Afbeelding
Foto: Ingezonden

Deze week: Automarkt Beek en Donk

Redacteur: Jac Babin

Witte gij 't misschien nog? De wekelijkse automarkt op het Piet van Thielplein, tussen 1960 en 1974? Eerst op woensdag, later op donderdag? DeMooiLaarbeekKrant verzamelde uit diverse bronnen en archieven, flarden van herinneringen over deze landelijk bekende en misschien ook wel beruchte automarkt uit de vorige eeuw.

Ontstaan van de automarkt

Op 3 mei 1960 dienen J.Beunis, J.Berkulin, L.Maas, J.Smetsers en A. Vermulst een verzoek in bij de gemeente Beek en Donk, om elke woensdag, van 18.00 tot 22.00 uur een automarkt te mogen houden op het Piet van Thielplein. Een markt voor tweedehands personen- en vrachtauto's, tractoren, motorrijwielen en brommers. Het verzoek werd, onder voorwaarden, ingewilligd voor een proefperiode van juni tot september. De gemeente zag er wel geld in!

Eén van die voorwaarden was, dat het marktgeld in Beek en Donk lager moest zijn dan van de Tilburgse automarkt. Een bepaald percentage van de marktgelden kwam ten goede aan de gemeente. Een staanplaats voor een auto kostte f1,25, voor een brommer moest f0,50 betaald worden en een marktkraam kostte f0,40 per strekkende meter. Op 17 augustus 1960, werden 214 auto's en 188 brommers aangeboden.

Gedreven door geldzucht, nam de gemeente het onzalige besluit om de proefperiode te verlengen. Is de opbrengst groter dan f175,00 dan ontving de gemeente een percentage van 50% van de opbrengst en als het minder was, 30%. Café De Visser, De Beer met zijn viskraam en de friteszaak van Lammers dreven mee op het succes. Volgens het gemeentearchief verkocht Lammers 600 kg aardappelen op één avond! De gemeente kon niet bevroeden, hoe moeilijk het nog zou worden om de automarkt te stoppen.

Grimmige sfeer

Het karakter van de automarkt veranderde. Autohandelaren gingen ook: schemerlampen, transistorradio's, gouden horloges, sieraden, vuurwapens en andere zaken met een onduidelijke herkomst verkopen. De sfeer werd grimmig. Handelaren weigerden marktgeld te betalen en de taak van de marktmeesters, Maas en Vermulst, werd er niet eenvoudiger op. Uit de gemeentearchieven blijkt dat zij marktgelden slechts konden innen, "door kalm te blijven en niet opzij te gaan voor een grote mond". Ze probeerden met zelfgeschreven aanplakbiljetten de toekomst van de automarkt te redden.

Ontmoedigen van de automarkt

Op het gemeentehuis hield overste Vermeulen van de Rijkspolitie een vurig pleidooi: "Als de automarkt zó doorgaat, ontstaat een rotte plek in onze fraaie gemeente." In de loop van 1973 neemt het College van B & W het besluit dat de automarkt op 1 januari 1974 verdwenen moest zijn. De politie ontmoedigde handelaren al enkele jaren om nog naar Beek en Donk te komen. Op invalswegen werd streng gecontroleerd op remmen, verlichting en gladde banden. Zelfs op kijk- en luistergeld van de autoradio! Kwamen er vóór de verscherpte controles nog jaarlijks 8469 auto's en 452 brommers naar Beek en Donk, een jaar later liepen die aantallen terug naar respectievelijk 4513 en 72! Op 13 december 1973 vond de laatste automarkt plaats

Mooie verhalen

Wat overblijft van de automarkt, zijn de mooie verhalen. Auto's die verkocht werden met een houten zuiger, of met zaagsel in de olie om het rammelen te onderdrukken, of met stro in de banden in plaats van lucht, of….

In de garage van Jan Lentjes in Lieshout komen elke maandag een aantal ex-garagehouders, monteurs, autoliefhebbers bij elkaar om te praten over iets anders dan het weer. Als De MooiLaarbeekKrant hen confronteert met dit soort verhalen, barsten zij in lachen uit. "Er zal zeker wel eens zo'n grap uitgehaald zijn", zeggen ze. "Maar hoe krijg je in godsnaam dat stro dan door het ventiel gefrot?", schateren ze.

Afbeelding
Afbeelding