Deze week: Kroegen Mariahout

Redacteur: Marie-Christine van Lieshout

Mariahout – Een gehucht tussen Lieshout en St. Oedenrode. Jaren een onontgonnen, vochtige woestenij waar handelslieden, voordat ze er doorheen trokken, eerst aangelegden bij een kroeg of herberg. Plekken om op adem te komen ruim voordat de kern Mariahout ontstond.

Voordeur
"Als je ginder door bent, dan haal je Den Bosch wel", werd in de volksmond gezegd. De straatnaam 'Ginderdoor' herinnert aan deze uitspraak. In de omgeving van het huidige Mariahout stonden verschillende boerderijen. "Als je een deur aan de voorkant van je huis had, kon je een café beginnen", vertelt Leo van den Heuvel, die zich samen met zijn zus Jo van Uden veel van de oude kroegen en cafés in Mariahout herinnert. Jo van Uden is samen met haar man Jan dertien en een half jaar eigenaar geweest van 'Pelgrimsrust'. "Tijden zijn veranderd", vertelt Jo. "Vroeger hielden mensen naast hun dagelijkse werkzaamheden een café. Er waren eerder kroegen dan Mariahout."

'De Reizende man' op het Ginderdoor was zo'n plek, net als de 'Cissy Bar'. Jo kan zich de bar, die in 1974 is afgebroken, goed herinneren. "We kwamen er langs als we naar school liepen", vertelt Jo. "Ik herinner me de prachtige patronen die Cis met zand op de vloer maakte. In de winter verlegden ze de kachelpijp zodat ze meer warmte en ruimte hadden." De 'Cissy Bar' was er eerder dan de kerk. Veehandelaren kwamen aan om nog even voor 'het moeras' wat te drinken. "Mariahout was geïsoleerd honderd jaar geleden", vertelt Jo. "Dat merk je aan de dialecten in de omgeving. Die verschillen veel."

Overal gezelligheid
Aan alle kanten van het nieuwe dorp in wording ontstonden kleine gelegenheden. In het Broek de familie Bouwdewijns, op de Rooijseweg de familie van de Zanden, en op de Veghelsedijk moest je volgens de overlevering ook aanleggen bij een kroegje omdat je anders ongeluk kreeg. Hetzelfde verhaal gold voor het roemruchte café 'De Roskam' van de familie de Gruyter. De rekeningen werden bijgehouden door doppen of flessen te tellen. "Regelmatig verdween er eentje onder tafel", lacht Leo. "Het kwam niet zo nauw."

In de kern van Mariahout vestigden zich ook bedrijven. Meteen binnen de kom aan de Mariastraat zat café 'De Hoon'. De plek waar voetbalclub Mariahout de thuisbasis had. Bij het ontstaan van het Oranjeplein kon 'de Oranjebar' niet achterblijven. In de schaduw van de kerk ontstonden twee cafés. "In 1933 werd 'de Pelgrim' gebouwd", vertelt Jo. "Het pand kende veel eigenaren en namen. Arie van Hoof noemde het bijvoorbeeld 'Rust u even' en bij Wim van Uden was het 'Bij Wimme', om daarna bij Toon van den Broek 'Bai Toone' te heten. Toon Vesters zat aan beide kanten van de straat."

Jo somt de voorgangers van het wokrestaurant zo op: "Het begon als 'Kerkzicht' bij de familie Muller, toen van Hoof, Vesters, Govers en natuurlijk Sjors Slaats. Freek Slaats heeft er ook ingezeten en daarna Jan Egelmeers."

Jo en Leo geven toe dat het best veel cafés zijn geweest voor een klein dorp. "Maar dat was overal", lacht Leo. "In Lieshout zaten er ook genoeg." De kroegen speelden een belangrijke rol in het sociale leven.