Digitale schrijfonhandigheid

Schrijven op een schoolbord, het is en blijft een knap lastig item voor mij. Onze lieve heer heeft mij niet bepaald gezegend met een stijlvol en prachtig handschrift wat in het volle honderd elke dag tentoongespreid wordt op het schoolbord. In mijn bordschrijflessen aan het begin van dit millennium was de docent van weleer al niet bijster enthousiast over mijn bordschrijftechnieken daar waar ook mijn oud-mentoren mij de tip gaven vooraf maar alvast een en ander op de achterkant van het krijtbord voor te kalken. Stond ik daar bij matig kunstlicht op een aardedonkere maandagochtend een half uur lang te ploeteren op een instructiezinnetje van 5 woordjes. De drift was snel ter plekke wat mijn inspanningen op het bord niet ten goede kwam. Krijtjes braken snel in mijn vingers.

Vreugde alom toen de eerste edities van de digiborden tegen de muren werden geboord. Hoi hoi, de handjes in de hoogte, het pennetje in de vingers en de lessen getypt voorbereid. Dat af en toe schrijven op het bord, dat ging me nog niet zo verkeerd af. Zo'n digipennetje was toch net wat natuurlijker en meer vertrouwd dan zo'n rottig stuk krijt. Moest ie wel goed gekalibreerd zijn, anders kon het zomaar zijn dat je rekensom welke linksboven werd opgeschreven ergens in het midden verscheen. Hilariteit alom bij de leerlingen, heel de draad van de som verdwenen en kostbare lestijd verloren. Daar was de drift weer, brommend maar weer pogen die kakpen op het juiste spoor te krijgen wat vanzelfsprekend dan weer niet direct goed ging. Het holadiee van weleer, was spoedig verleden tijd.

Jippiejajee voor de touchscreens. Nu met de volvette vingers over het gladde glas, mijn handschrift zou zienderogen vooruitgaan en ik kon mijn woorden met daden kracht bijzetten: 'Jongens, schrijf nou eens wat netter, je handschrift is je visitekaartje!' Hernieuwde energie, motivatie, uitdaging en nog meer van die hippe modewoorden. Nou, de koude kermis was nabij. Stroef en met bijgeluiden kriebelde ik misvormde cijfers en letters en bleek ik naast mijn schrijfvinger ook mijn pols iets te dicht bij het beeldscherm te houden. Gevolg, twee lijnen i.p.v. eentje ontstonden tegelijkertijd op het gigantische tv-scherm. Gromgrom, daar ging ik weer. Ik wist er weer keer op keer een behoorlijk potje van te maken. Een potje van vet, getuige de vingerafdrukken op het bord. Ik kon dus ook niet iemand anders de schuld geven, het bewijs was onomstotelijk wie die hanenpoten op het bord had geplaatst. Maar deze ellende kende een even onverwachte als kortdurende wending afgelopen vrijdag 17 maart. Een legendarische dag, nu al, in mijn bordschrijfgeschiedenis. Vanuit het niets, tijdens een rappe Oefencito-bespreking tekende ik spontaan, vanuit de losse pols, in één vloeiende beweging een cirkel zo rond dat ik zelf nog een keer naar het bord moest kijken omdat zowel mijn linker- als rechteroog het niet konden geloven: 'Zo, doe ik dat nou hier? Die is wel erg rond.' En de kinderen waren verbaasde getuigen, ook zij konden het niet geloven. 'Je moet dat rondje bewaren, niet weggooien.' Vanzelfsprekend heb ik mijn trots opgeslagen, uitgeprint, gefotografeerd, vereeuwigd. Mijn digitale schrijfonhandigheid weerlegt met een rondje, werelds!