Volg je hart, want dat klopt

Een tijdje geleden kreeg ik een briefje in mijn handen. Wat bleek, dit briefje heb ik ooit zelf geschreven. Hoe oud zal ik zijn geweest? Ik denk 15 of 16 jaar, toen ik net kennis had gemaakt met de zorg. Ik las het briefje. Het is een over de top blij, enthousiast verslagje over wat ik die dag op mijn 15e of 16e jaar heb gedaan op een stagedag in de zorg. Het ging over injecties die ik had mogen zetten, voor het eerst. Ik had het geschreven omdat ik niet kon wachten tot mijn ouders thuis of wakker waren, dat weet ik niet meer precies. Hoe blij ik hiermee was, alsof ik een nieuwe spectaculaire uitvinding had bedacht. We lachen erom. Mijn ouders en ik, want zij gaven mij het verslagje, ze hebben het altijd bewaard. Waarschijnlijk met de gedachte, dat is leuk voor later, en ja hoor dat is het zeker.

Hoe is dat nou eigenlijk ontstaan, die interesse voor dit vak? Voor zover ik me kan herinneren is dit ontstaan toen ik 9 jaar oud was. Mijn opa was ernstig ziek en lag een tijdje in het ziekenhuis. Flarden herinner ik me wel uit die tijd. Ook dat ik in het ziekenhuis was en, naar mijn idee, met open mond rondkeek naar wat er allemaal gebeurde. Sindsdien wist ik het, ik wil de zorg in. Zo gezegd, zo gedaan. Met wat uitstapjes tussendoor ben ik nu dan nog steeds werkzaam in de zorg. Met plezier, maar dat komt niet altijd vanzelf. Soms is het nodig dat ik me bewust wordt van de reden waarom ik dit werk koos en waarom ik het zo leuk vind. De tijd waarin ik begon was een wereld van verschil met hoe het nu is. Er was tijd voor leuke dingen, activiteiten met de cliƫnten, echte persoonlijke aandacht. Op sommige werkplekken ren je nu je benen onder je kont vandaan. Tijden veranderen. Zelfs de cliƫnten merken dit, en dat wil je juist niet. Zullen er betere tijden komen? Ik blijf altijd hoop houden. De passie is er en die zal er altijd in blijven zitten, die haalt niemand er zomaar uit. Als je er af en toe maar bij stilstaat waarom je er aan begonnen bent.