Nel Rooijmans
Nel Rooijmans Foto: Marcel_vd_Kerkhof_(B&D)

Tweede Wereldoorlog door de ogen van een tienermeisje

Tekst: Jac Babin
Foto: Marcel van de Kerkhof (Beek en Donk)

Nel Rooijmans is een 92-jarige krasse dame. Ze woont aan het Rembrandtplein in Beek en Donk. Ze mòet haar verhaal kwijt. Herinneringen aan de Tweede Wereldoorlog komen steeds vaker bij haar bovendrijven. Zij behoort tot de groep van laatste ooggetuigen. Haar onderwijshart zegt, dat haar verhaal doorgegeven moet worden aan volgende generaties. DeMooiLaarbeekKrant luistert ademloos.

Nel Rooijmans
Geboren 13-2-1927, dochter van de Budelse bakker Rooijmans, groeide op in Budel en bezocht er de Lagere School. "Er waren daar weinig mogelijkheden voor Voortgezet Onderwijs."vertelt Nel. "Ik heb ik vaak op kostschool gezeten. Drie jaar bij de zusters in Den Bosch om mijn MULO A-diploma te halen, één jaar in Nijmegen voor het MULO B-diploma, vijf jaar in Posterholt bij Roermond, een opleiding tot docente in het Landbouw Huishoudonderwijs."

Oorlog hing in de lucht
"Er hing oorlog in de lucht. Ik merkte dat aan de militaire bedrijvigheid bij de Belgische grens. Tegenover ons waren Nederlandse soldaten ingekwartierd. Het waren verkenners, die op de fiets de grens met België inspecteerden. Eén van die verkenners heette Spiro. Een Joodse jongen met een muziekhandel in 's-Hertogenbosch. We vonden die verkenners op de fiets maar raar. Hoe kun je nou fietsen en tegelijkertijd je geweer richten, vroegen wij ons af?"

Nederland in oorlog
"Toen de oorlog echt uitbrak op 10 mei 1940, bevond ik mij op kostschool in 's-Hertogenbosch. We hoefden ons niet ongerust te maken, want onze ouders zouden ons komen ophalen, zeiden de zusters. De meeste kinderen gingen meteen naar huis. Een paar leerlingen niet.

Mijn vader had het plaatselijke taxibedrijf opdracht gegeven om mij op te halen. Het lukte de chauffeur pas na enkele dagen om 's-Hertogenbosch te bereiken. Daarom kon ik pas op 14 mei naar huis. Er stapten ook nog twee kweekschoolstudenten in. Tussen Leende en Maarheeze, dat heet nu de A2, stonden op de weg kriskras boerenkarren opgesteld. Dat was om te zorgen dat er geen vliegtuigen op de weg konden landen, vertelde de chauffeur. Hij zigzagde er tussendoor. Ik was al voor de middag thuis. Mijn twee broers, die in St.Michielsgestel studeerden, kwamen later, met de trein en de bus. Ik had tot nu toe geen enkele Duitser gezien.

Nog diezelfde dag deden de Duitsers een inval vanuit België. De Nederlandse verkenners waren verdwenen. Kolonnes Duitse soldaten marcheerden door Budel. Oorlogsmaterieel trok voorbij. Nieuwsgierig hingen we boven uit het raam. We waren eerder nieuwsgierig dan bang. Sommige dingen die voorbijtrokken vonden we ronduit knullig. Een koetsje met een paard ervoor met daarachter een piepklein kanonnetje! Bij Budel gebeurde verder weinig. Na een paar weken kon ik weer terug naar mijn kostschool."

Kostschool 's-Hertogenbosch
"Ook hier had ik weinig te maken met oorlogsgeweld", zo gaat Nel verder. Wat enorm veel indruk op mij maakte, was hoe onze rector, rector Rooijakkers gevangen werd genomen. Twee Duitse officieren marcheerden de speelplaats op. De rector, een grote imposante man, waar we met ontzag tegen opkeken werd zomaar meegenomen! Wij voelden dat er iets fout was, maar wij als kinderen praatten er onder elkaar niet over. Later hoorde ik dat de rector krantjes had verspreid waarin hij waarschuwde voor de nazi's. De rector heeft de oorlog overleefd. Verder ontdekte ik vlak bij onze school het muziekwinkeltje van Spiro, de verkenner. Het winkeltje was gesloten. Wat er met hem gebeurd is, weet ik niet.

Kostschool Nijmegen
"Voor mijn MULO B-diploma ging ik naar de kostschool van de zusters 'Filles de la Sagesse' in Nijmegen. De oorlog speelde zich hier vooral in de lucht af. Vliegtuigen, op terugtocht van bombardementsvluchten in Duitsland werden boven Nijmegen aangevallen door Duitse jagers. Dan ging het luchtalarm en rende iedereen naar de kelder. Gewone zusters hadden vaak hun habijt nog niet op orde en er kwamen haarlokjes onder de kap vandaan. Mère Supérieur kwam altijd tien minuten later. Tot in de puntjes verzorgd. Raar mens! Als we haar op de gang tegenkwamen moesten we met de rug tegen de muur en haar nederig groeten."

"Het examen voor MULO B, werd in Arnhem afgenomen. Drie leerlingen onder begeleiding van een lerares reisden naar Arnhem. Tijdens het examen moesten we, vanwege luchtalarm, onder de tafeltjes duiken. Het diploma werd na een uurtje uitgereikt door iemand met een NSB speldje op. Toen ik aan de beurt was, zei hij dat hij mijn vader kende. NSB-ers waren landverraders, die de Duitsers overal mee hielpen om zo een beter baantje te krijgen. Mijn vader vertelde dat de man een kommies (douanebeambte) was. Door NSB-er te worden was hij beloond met een baantje als onderwijsinspecteur! Kinderen zongen wel eens een spotliedje en renden dan snel weg:

Op de hoek van de straat staat een NSB-er,
Het is geen man, het is geen vrouw,
Het is een farizeeër!

Jarenlang heb ik gedacht dat mijn MULO B- diploma, uitgereikt door een NSB-er, ongeldig was!

Naar Posterholt
"Mijn oom, hoofd van de school, raadde me aan om voor Posterholt te kiezen. Een vijfjarige opleiding tot docente voor de Landbouw Huishoudschool. Posterholt ligt bij Roermond. De grens ligt dwars door Posterholt heen. Ook hier nauwelijks oorlogsgeweld. Op een dag moest ik bij de directrice komen. Ik werd voorgesteld aan een blond meisje. Ik weet haar naam niet meer. Ik denk dat ze Els heette. De directrice vroeg of ik Els wilde begeleiden. Ze kwam zomaar opeens bij ons, midden in het jaar. Dat heb ik gedaan. Later hoorde ik dat Els een joods meisje was uit Amsterdam. Ze overleefde de oorlog. Ik heb haar nog eens ontmoet op een reünie."

"Na de invasie in Normandië werd het zuiden bevrijd. Veel leerlingen uit het noorden konden de school niet meer bereiken. De opleiding ging dicht. Ik ben een jaar thuis geweest. Mijn achttiende verjaardag vierde ik thuis. Bij ons waren Engelse soldaten ingekwartierd. Een Engelse kok bakte een heerlijke taart voor mij! Begin mei ben ik teruggegaan naar Posterholt. Dat was een helse tocht! Ik moest een pas hebben om de Maas over te steken. Alle bruggen waren kapot. Ik reed mee met vluchtelingen uit Kessel. Ik werd door een onderwijzer in een bootje over de Maas gezet. Het laatste stuk ging te voet. Ik kreeg de opdracht om midden op de weg te lopen. In de sloten en langs de kant lagen dode beesten. Griezelig voor een meisje alleen op die gevaarlijke weg. Bijna in Posterholt, werd ik ingehaald door twee meisjes op de fiets uit Ravenstein. Het waren ook studenten van onze opleiding. Later hoorde ik dat er ook studenten uit Zwolle waren teruggekeerd, op een fiets met houten banden!"

Bevrijding
"Op 5 mei was de capitulatie een feit. Dansend zijn we over de grens gegaan naar het Duitse gedeelte van Posterholt. De bewoners daar vonden dat niet raar. Zij waren ook dolgelukkig dat de oorlog was afgelopen. Zo ik heb mijn ei gelegd", lacht Nel. DeMooiLaarbeekKrant dankt deze krasse ooggetuige voor dit indrukwekkende verhaal.