Bezoek aan de plek van de vliegtuigcrash
Bezoek aan de plek van de vliegtuigcrash Foto: Marcel van de Kerkhof (B&D)

Vervolg voorpagina

"De laatste keer mocht zij hem niet wegbrengen"

"Rond 1990 kwam ik erachter dat de bemanningsleden van deze crash begraven zijn op het Britse Oorlogskerkhof in Woensel te Eindhoven. Ik ben daar toen heen geweest en heb de graven bezocht." De vijf omgekomen bemanningsleden liggen naast elkaar begraven (EE 78-82 C). Enkel twee bemanningsleden zijn op tijd ontkomen en hebben het vliegtuig met parachutes verlaten. Beide mannen zijn krijgsgevangene gemaakt van de Duitsers. "Uiteindelijk ben ik in contact gekomen met Howard en Brian Pippen uit Engeland. Zij zijn de neven van Sgt. Gwynfryn Jones", vertelt Jos. Ze waren van plan om de Britse begraafplaats in Woensel te gaan bezoeken en wilden ook graag de plek bezoeken waar de vliegtuigcrash gebeurd is.

De broers zijn zichtbaar onder de indruk van de plaats waar het vliegtuig gecrasht is. Jos legt in zijn beste Engels uit hoe die nacht verlopen is. "Het is een wonder dat jullie boerderij niet geraakt is", merkt Howard op. Jos vertelt over de vijf houten kisten met daarin de overgebleven resten van de gesneuvelde bemanningsleden. "Deze stonden de volgende morgen al klaar op de weg bij het kanaal. Ook zorgden de Duitsers ervoor dat er niks meer bleef liggen van het vliegtuig. Uiteindelijk zijn na de crash hooguit wat munitie, enkele munten, een zuurstoffles en waterzuiveringstabletten gevonden.

Oom Gwynfryn
"Gwynfryn was het tiende kind van onze opa en oma. In totaal hadden ze 13 kinderen en onze moeder is de jongste van het gezin", vertelt Brian. Zijn moeder en oom Gwynfryn waren erg close in hun jeugd. Zelf hebben ze hem echter nooit gekend. "Onze moeder trouwde pas na de oorlog, dus na zijn dood, met onze vader. Wij hebben haar broer dus nooit gekend, maar ze vertelde wel vaak verhalen over hoe close ze waren met elkaar. Hij was haar lievelingsbroer." Zo vertelt Brian dat zijn oom meerdere malen thuis is geweest voor verlof tijdens de oorlog. Elke keer als hij dan weer terug naar het front moest, bracht zijn moeder hem naar het station. De laatste keer mocht zij hem niet wegbrengen van hem. "Hij wilde thuis al afscheid van haar nemen, alsof hij het wist. Ze heeft hem daarna nooit meer gezien. Enkel nog een viool die wij jaren geleden gevonden hebben in de bovenste la van een kast. Dat was geweldig!"