Veelbelovend talent!

Het is zondagavond, even voor zeven. Ik zit voor de beeldbuis en wacht op live voetbal. Dat is er al maanden niet.

Als jongeling was ik een talentvol voetballer. Ik maakte deel uit van een veelbelovende generatie. Generatiegenoten schopten het tot vertegenwoordigende elftallen, tot betaald voetbal en zelfs tot het Nederlands Elftal. Mijn talent was rijkelijk aanwezig, maar viel nooit genoeg op.

Technisch was ik zeer begaafd! Ik beschikte over een groot aantal specialiteiten: het strakke schot, zowel links als rechts, het puntertje, het lobje, de stift, de schaar, de dubbele schaar, de omhaal, het dropshot, de volley, de zweefduikkopbal, de sleepbeweging, het poortje, het hakballetje, het buitenkant voetje, het bananaschot, de inswinger, het één-tweetje, het balletje achter standbeen langs, de kopbal en de ‘schwalbe’…’ In één vloeiende beweging maakte ik een bal dood. Met één schijnbeweging zette ik drie tegenstanders op het verkeerde been.

Ook als er gebuffeld moest worden stond ik mijn mannetje. Ik ging vóór in de strijd. En zocht de grenzen op. Slidings, ingezet op tien meter afstand! Ze eindigden met een doffe klap tegen de reclameborden. Toeschouwers stoven verschrikt achteruit. De inzet spatte van mijn spel. Venijnige tackles, zowel op de bal als op de man. Eventueel met gestrekt been. Ik was niet gemeen. Tenminste niet bewust. Ik was de stofzuiger van het elftal. Ziekenhuisballen van medespelers? Ik maakte er een splijtende pass van. Met uiterste precisie legde ik de bal op de kruin van onze spits.

Maar mijn belangrijkste kwaliteit? Spelinzicht! Ik kon een wedstrijd lezen. Voelde aan wanneer de punt naar voren moest, of juist naar achteren. Met weidse armgebaren zette ik medespelers op hun plek. Zette ik lijnen uit, eiste de bal op en voerde ingeslepen automatismen feilloos uit…

Plotseling hoor ik de bekende tune van Studio Sport. Ik schiet wakker. Wat schaft de pot? Nondeju! Alweer Duits voetbal zonder publiek? Alweer voetbal uit de oude doos? Nondeju, alweer nostalgische interviews? Ik hoor generatiegenoten. Gezwollen taal! Gezwam, gezever, grootspraak, oeverloos gelul… Tevreden stel ik vast: Kan ik ook wel. Ik heb het nog steeds! Dat niet te onderschatten…

Veelbelovend talent!