Effe pinnen

“Joehoe. Ik ben effe pinnen”, gil ik door het overvolle huis, waar iedereen achter de computer zit te werken. In elke kamer klinken inmiddels voor mij bekende stemmen. De docente Nederlands die voor de zoveelste keer de presentielijst doorneemt. Manliefs Engelstalige ‘koortje’, met leden uit de gehele wereld, ieder met zijn eigen herkenbare accent. Het gelach van pubers, die elkaar door heel Nederland online weten te vinden. Waar ze mee bezig zijn, geen idee, maar grappig is het wel. Opgewonden, gebroken stemmen klinken door het huis.

Effe een momentje voor mezelf is er tegenwoordig niet meer bij. Kon ik voorheen luid vloekend in mijn ondergoed vloeren stofzuigen en dweilen en dan zodra er iemand thuiskwam een engelachtig gezicht trekken met een blik “Ik heb zo heerlijk gepoetst, maar doe *** wel die vieze schoenen uit!”, het is helaas verleden tijd. Er zit altijd wel een luistervink aan de andere kant van de deur die geen boodschap heeft aan mijn ‘liefde’ voor huishoudelijke klusjes. Zelfs plassen gaat voorzichtig. Stel je voor dat mijn geklater de Teams-meeting overstemt. Daarom geniet ik extra van de kleine momentjes buitenshuis.

Bij de pinautomaat tref ik altijd wel mensen die ook op een live contact staan te wachten. Een moeder die zich moet amuseren omdat ze vanwege corona niet welkom is in het zwembad. Gespreksonderwerpen genoeg. Het A-, B- of C-gat en anders altijd nog de vraag welke crawl nu zo moeilijk is. Het voordeel van zo’n gesprek met mevrouw x is dat er altijd wel een bekende voorbij komt. “Hé Henk, dat is lang geleden. Zijn al jullie kinderen nu ook al van het voortgezet onderwijs af? Wat vliegt de tijd.” En terwijl Henk het portier van zijn auto dichtgooit komt Suzan alweer aan op de fiets. “Hoe gaat het met je nieuwe baan? Is het te doen met alle maatregelen?”

Lekker in het zonnetje op anderhalve meter afstand is het best anderhalf uur vol te houden. Om dan na dit spontane Fieldlab-evenement naar huis te sprinten met het smoesje; “Ja, het was ook zo druk bij de pinautomaat.” Hopelijk kunnen we elkaar binnenkort weer onbeperkt ontmoeten. Tot die tijd probeer ik er het beste van te maken. Dus met teveel ge-Zoom thuis hoor je mij al gauw roepen; “Effe pinnen!”