Bublifuk

Astrid vindt het leuk dat ik in mijn columns veel andere landen en exotische talen aanhaal. Nu is dat voor een vertaler misschien niet zo verwonderlijk, maar omdat Astrid de beste vriendin van Axelle is, heeft ze een streepje voor en komt ze iets sneller in de krant. Ze vroeg of ik wist dat bublifuk het Tsjechisch woord voor bellenblazen is.

Nu ben ik om de ellenlange coronaperiode te overbruggen weliswaar begonnen met een cursus Pools, maar waarom ik zou weten wat 'bublifuk' betekent... Maar bij dezen: Astrid, bedankt voor je leerzame intermezzo. Daarnaast vroeg ze of ik bellenblazen naar het Maori en Afrikaans kon vertalen. Daar draai ik mijn hand niet voor om natuurlijk. Tijdens mijn zoektocht naar buitenlandse alternatieven voor bellenblazen heb ik ontdekt dat de Internationale Bellenblaasdag op 6 mei plaatsvindt. Uiteindelijk leidde de zoektocht naar het Maori voor bellenblazen naar 'puhia murimuri'.

Nu is het met vertalen altijd lastig omdat je ook naar de cultuur en context van het andere land moet kijken. Hier in Laarbeek weet iedereen wat bellenblazen is, maar als je in Afrika op de steppe tussen de leeuwen zit, gaan je gedachten allicht niet meteen uit naar een plastic oogje in zeepsop waarmee je bellen kunt blazen. Maar allicht heeft Astrid de vertaling naar het Afrikaans gevraagd omdat we in september van vorig jaar eigenlijk met ons drie naar Kenia zouden gaan. Door de restricties rond corona ging dat uiteraard niet. Als we weer kunnen reizen, zullen we hopelijk wel weer wat van Afrika zien. Wie weet, misschien kan Astrid dan wel mee. Allicht dat ze daarom vroeg hoe het in Afrika zit met het blazen van bellen.

Ik kan me voorstellen dat de meesten onder u als ze naar het buitenland gaan eerder willen weten hoe je een glas bier of een kop koffie bestelt, maar sommige lezers van deze columns hebben overduidelijk andere hersenkronkels. Maar eerlijk gezegd, het Afrikaans is wel een mooie taal. Tijdens de voorbije periode heeft iedereen lang en vaak thuis 'achter de geraniums gezeten'. Dat spreekwoord is in het Afrikaans: Met Jan Tuisbly se karretjie ry. Dus ergens begrijp ik de vraag van Astrid zeker. Hoe het ook zij, voor als Astrid, of iemand uit Laarbeek, ooit nog in Afrika de onweerstaanbare drang voelt om bellen te blazen, en je wilt Afrikaanse mensen uitleggen wat je in ’s hemelsnaam aan het doen bent, kun je zeggen dat je aan het borrelblasen bent.