Mijn allereerste ‘boek’

Zoals sommige lezers van deze krant misschien wel weten, ben ik op mijn veertiende begonnen met het schrijven voor de MooiLaarbeekKrant. Rond die tijd bedacht ik me dat ik misschien wel journalist wilde worden, maar al veel eerder dan dat wist ik dat ik wilde schrijven. Op de basisschool vond ik het schrijven van een opstel het leukst om te doen en al helemaal als ik dan illustraties mocht maken bij mijn zelfverzonnen verhaal. 

In groep 7 had ik bedacht dat ik schrijver wilde worden en boeken wilde gaan uitgeven, dus toen ik eenmaal wist hoe ik om moest gaan met Word en na het behalen van mijn typdiploma razendsnel kon typen, vond ik dat het tijd was om met mijn eerste boek te beginnen. Het boek was in twee weken geschreven, telde zeven pagina’s en was heel dramatisch. Helaas ben ik het document kwijtgeraakt, dus heb ik het verhaal niet meer helemaal scherp voor de geest, maar de grote lijnen van het ‘boek’ weet ik nog wel ongeveer.

Het verhaal begon tijdens de gymles van groep 8 en de hoofdpersoon was een meisje van 12 (H). Ze had een vriendje (V), maar ze was verliefd op een ander (A). Een erg ingewikkeld liefdesdilemma voor een 12-jarige lijkt me zo. H vond het ook erg ingewikkeld, dus mailde ze over dit dilemma met haar geheime club. Tijdens het gesprek kwam plots naar voren dat er een moordenaar uit de gevangenis was ontsnapt en dat de eerste slachtoffers al waren gevallen. Deze moordenaar had de bijnaam ‘De Fakkel’ want hij stak zijn slachtoffers in brand, iets wat ik vrij luguber vind bedacht voor een 10-jarige. 

Niet veel later in het boek volgde het nieuws dat A vermoord was door de Fakkel. De geheime club besloot hierop om de moordenaar op te sporen. Ik weet niet precies hoe het vervolgens allemaal verliep, er werden in ieder geval nog wat slachtoffers gemaakt, maar de climax werd bereikt in een loods waar V werd opgesloten. Na een hele hoop drama en spanning kon de club hem bevrijden, maar was hij wel door een val in coma beland. Toen realiseerde H dat ze nog wel verliefd op hem was en eind goed al goed, V kwam weer bij van zijn coma en iedereen leefde nog lang en gelukkig. 

Achteraf gezien vind ik het heel knap van mezelf dat ik zoveel drama in zeven pagina’s heb kunnen proppen. Mocht ik ooit nog besluiten dit boek uit te geven, dan moeten jullie in de boekhandel zoeken naar een bestseller die “Moordenaar de Fakkel * biep * * biep *” heet, want dat was de ontzettend pakkende titel van mijn verhaal, waarbij de ‘biep bieps’ staan voor alle inkomende emails.