Afbeelding

Column Jac: Hengt-ie d’r wir goed bij

Algemeen Column

Ik kreeg een ‘tikkie’ en belandde op de hartbewaking van het Elkerliekziekenhuis. Daarna overgebracht naar kamer 340. Onthou dat nummer! Er was geen haast meer geboden Toch op hoge snelheid. Blindelings over onoverzichtelijke kruispunten? Vloekende zusters, opgestoken middelvingers…

Ik opende mijn ogen. Mijn bed stond in een doodlopende gang. Voor een deur met het opschrift NOODUITGANG HIER GEEN BEDDEN PLAATSEN! Links ramen, daarachter uitwendige brandtrappen. Rechts, de deur van kamer 340. Na 340 komt niets. Zelfs geen 341.

Ik ontmoette daar drie lotgenoten: een zeer hulpvaardige Helmonder (type 1), een heftruckchauffeur (type jeugdige John de Wolf), een vriendelijke bloemenman (type Meatlof light) een columnist (type Eigenwijs}. Het puikje van het puikje uit Helmond, Ommel, Deurne en Lieshout. Ze maakten er een mooi feestje van.

Een verblijf in een ziekenhuis bestaat uit wachten: wachten op onderzoek, wachten op boterhammen, wachten op medicijnen, wachten op bezoek, ….wachten op de dokter die zegt dat je naar huis mag. Regelmatig melden zich zusters op kamer 340. We onderbreken onze slappe lach. We prijzen de zusters om hun schoonheid, hun inzet, hun zorgzaamheid. Ze lopen immers de benen onder de kont uit voor ons.

Een zusterke meldt zich met een vragenlijst. Haar eerste vraag: “Toon, hoe voel je je vandaag?” Het duurt lang voor er antwoord komt. Martien, onze man uit Ommel, helpt: “Toon, ’t zusterke wil weten hoe-tie vandaag hengt?” Het antwoord komt meteen: “Oh, gewoon goewd wannie!”

Gespreksonderwerpen? Altijd vrolijk, zelden ernstig. Gijs uit Deurne wil van ons weten waarom groenteboeren prostituees vermoorden? Oplossing? (Kistje ‘proimen’) Is het even stil? De Eigenwijze columnist uit Lieshout gooit een politiek blokje op het vuur. Over politiek zijn we het roerend eens: K3, K*t, Kabinet, Kapitaal. Lachsalvo’s, hoorbaar tot in de ‘commandopost’ in de verte. Ik waarschuw mijn kamergenoten. “Met dit slap gelul gaan jullie de krant halen.” Ze doen er nog een schepje bovenop.

Na vier dagen lonkt de vrijheid voor drie van ons. Met een bezwaard hart nemen we afscheid van elkaar… en van Gijs.

Of die columnist zich weer goed voelt? Jazeker, ondanks alles…

Hengt- ie d’r wir goewd bij!