Afbeelding

Column Marie-Christine: Mooi

Algemeen Column

Mijn ruitenwissers bewegen monotoon over de voorruit. Waar ben ik aan begonnen? Een terrasje pikken in Maastricht? Daar studeren tegenwoordig drie oud-redactieleden van DeMooiLaarbeekTeenz. Met drukke agenda’s is het eindelijk gelukt om een datum te prikken. Met zweet in mijn bilnaad rijd ik eerst een rondje Laarbeek om twee andere oud-redactieleden op te halen. Auto rijden is niet mijn hobby, zeker niet met dit ***-weer.

In een slakkengangetje dalen we langs het kanaal in de file richting Limburg. Inmiddels striemt regen tegen de ruiten. Verhalen in de auto doen mijn rijangst verdwijnen. Wat zijn het toch schatten. Zorgzaamste heeft natuurlijk snoep voor onderweg en aankomend journalist stelt steeds diepgaande vragen terwijl hij de ‘Limburgers’ van onze voortgang op de hoogte houdt. Was ik tijdens redactievergaderingen altijd op het nippertje aanwezig, nu zitten de types die vaak te laat waren keurig op ons in een café te wachten.

Student één dumpt alvast zijn tas bij de parkeergarage in mijn auto. Na ons uitje zet ik hem af op de plek die volgens hem het mooist van Laarbeek is. Stuiterend over kinderkopjes volgen wij zijn rolstoel richting het warme café waar hij makkelijk tussen stoelen en barkrukken manoeuvreert. “Heee, wordt er niet meer geknuffeld?” roept de spontaanste van het stel waarna ik alle vijf de ‘Teenz’ in de armen vlieg.

Niets reünie en terugblikken, in dit gezelschap wordt gekeken met een blik in de toekomst. Nederland ligt aan hun voeten en is zelfs te klein. Enthousiaste verhalen worden gedeeld, er wordt geluisterd, gelachen en gedronken. Met rode wangen observeer ik het enthousiaste clubje, wat geniet ik ervan. Even voel ik me ruim dertig jaar jonger en drijf mee op het enthousiasme. Zo gaat onze wereldreiziger stage lopen in Madrid en geeft onze arts in spee adviezen aan een medestudent.

Later in een restaurant verpesten wij het romantische etentje van een wat ouder koppel. We discussiëren zo veel dat we bijna vergeten te bestellen. Na het eten gaat ieder zijn eigen weg. Over de Servaasbrug zie ik nog een felgekleurde fiets de toekomst inrijden.

Langs het kanaal striemt inmiddels sneeuw op mijn voorruit. Via Aarle, Lieshout en Mariahout beland ik weer in Donk, met snoep als stil bedankje op de achterbank. Wat zijn ze mooi, mijn oud MooiLaarbeekTeenz.