Afbeelding

Burgemeester Ubachs blijft (vooralsnog) aan als burgervader van Laarbeek

NULL

Burgemeester Ubachs blijft (vooralsnog) aan als burgervader van Laarbeek


Laarbeek – Burgemeester Hans Ubachs liet gisterenavond in een verklaring aan de raad weten vooralsnog aan te blijven als burgemeester van Laarbeek. De verklaring was het gevolg van een motie van wantrouwen vanuit politieke partij PNL, die op 11 september 2014 werd aangenomen door de gemeenteraad.

Ubachs deelde gisteren in zijn verklaring mee zich al 1.5 jaar geïntimideerd te voelen en zich in een onveilige werkomgeving te bevinden. Naar eigen zeggen heeft hij niet fout gehandeld in de zaak omtrent het verwijderen van een knotwilg bij zijn huis. Ook het verhaal dat hij gelogen heeft over een optreden als Sinterklaas in zijn oude woonplaats is volgens hem niet waar.

Burgemeester vs. wethouder
De burgervader geeft aan dat bij hem al langer een gevoel van onveiligheid leeft en dat hij zich al zo’n 1,5 jaar geïntimideerd voelt. Dit begon volgens hem op het moment dat hij in 2012 een onderzoek instelde naar de mogelijke betrokkenheid van een toenmalig wethouder bij de aankoop van een horecapand. “Ik kreeg signalen die duidden op de mogelijke betrokkenheid van een wethouder. Deze mocht ik niet negeren. Uit het onderzoek kwam naar voren dat de wethouder geen eigenaar was geworden van het betreffende pand. Dat waren zijn broers. Deze voor de wethouder ontlastende conclusie nam niet weg dat hij zeer boos reageerde toen hij merkte dat er een onderzoek naar hem was geweest. Hij vond dat ik hem vooraf had moeten informeren. Daar ben ik het niet mee eens. Het resultaat van het onderzoek heb ik gedeeld met het college en de gezamenlijke fractievoorzitters. Ook tijdens een raadsessie over integriteit is bevestigd dat mijn handelswijze in deze kwestie juist was.”

Bij bovenstaand voorval bleef het volgens de burgervader niet. “Bij de aanvraag van een horecavergunning door de hiervoor gemelde broers van de wethouder, kwam informatie beschikbaar, die aanleiding gaf om bij het Landelijk Bureau Bibob een onderzoek te starten. Dat is de wettelijke verantwoordelijkheid van een burgemeester. De wethouder meldde mij dat hij dit onderzoek niet nodig vond, omdat het toch ‘om bekenden ging’. Dat ventileerde hij naar mij en naar ambtenaren, met als schijnbaar oogmerk het onderzoek stop te laten zetten. Het kan toch niet zo zijn dat er andere maatstaven gelden voor onze bestuurders dan voor onze inwoners?” Uit het onderzoek kwam volgens de burgemeester het advies om geen vergunning te verstrekken, omdat er sprake was van ‘ernstige mate van gevaar dat de gevraagde vergunning mede zal worden gebruikt om uit gepleegde strafbare feiten verkregen of te verkrijgen, op geld waardeerbare voordelen te benutten en om strafbare feiten te plegen’.

Ubachs deelde deze conclusie met het college en de fractievoorzitters. “Toen dit speelde, werden er vragen gesteld over mijn declaratiegedrag en werd mijn integriteit in twijfel getrokken. Of dit verband hield met mijn hierboven geschetste handelen kan ik niet hard maken, maar ik heb het wel zo ervaren en ik voelde mij hierdoor geïntimideerd.”

Knotwilg
De burgervader wilde in zijn verklaring graag het verhaal over de knotwilg en het ‘Sinterklaasleugen’ kwijt, omdat deze verhalen volgens hem allebei niet kloppen. “Voor de knotwilg had ik een offerte opgevraagd bij een hoveniersbedrijf om diverse klussen in mijn tuin uit te voeren. Dit is ook gebeurd en dat is ook te zien op de factuur. Als taak staat het ‘verwijderen en afvoeren van een knotwilg’ op deze offerte. Hiervoor was het hoveniersbedrijf verantwoordelijk. Dat dit niet door de hovenier, maar door een gemeentewerker is gebeurd, is toeval. Dat was niet op mijn verzoek.”

‘Sinterklaasleugen’
Ook over het Sinterklaasverhaal is de burgervader onomstotelijk. “Ik heb hier de papieren liggen, waarop staat dat ik op die dag een vergadering voorgezeten heb van de peelgemeenten. Ik was op die dag gewoon aan het werk. Mijn optreden als Sinterklaas in mijn woonplaats had hier niets mee van doen.”

Ubachs geeft toe dat hij zich op sommige momenten anders had moeten gedragen, waaronder de kwesties rondom de knotwilg en het Sinterklaasverhaal. “Ik bied mijn excuses daarvoor aan. Vooral over deze laatstgenoemde kwesties circuleren verhalen die niet juist zijn. Mede doordat ik niet adequaat heb gecommuniceerd over die feiten en omstandigheden is er veel onduidelijkheid en onbegrip ontstaan. Daaraan heb ik, ongewild, bijgedragen.”

Vertrouwen

Burgemeester Ubachs zegt voor heldere duidelijke lijnen te zijn. “De politiek hoort te handelen in algemeen belang en regels horen voor iedereen te gelden. Die wijze van besturen past natuurlijkerwijze bij mij en daarin kan ik van betekenis zijn.” Hij vervolgt: “Vooral het afgelopen half jaar constateerde ik dat de bestuurlijke werkelijkheid hier echter anders is. Wat voor een soort bestuurscultuur is er als informatie uit stukken en gesprekken, waarover vertrouwelijkheid is afgesproken, naar buiten wordt gebracht? Wat wil men hiermee bereiken? Mocht het de bedoeling zijn geweest om suggestieve beelden over personen of situaties te creëren, heeft het zijn beoogde effect gehad.”

Voedingsbodem
Ubachs stelt dat voor iedereen, die enigszins vertrouwd is met de bestuurlijke verhoudingen binnen onze gemeente, duidelijk zal zijn wat de voedingsbodem is geweest voor de motie van wantrouwen. “Zij komt niet uit de lucht vallen en staat niet op zichzelf. In mijn beleving vormt zij de afsluiting van een onverkwikkelijk proces, dat mij in toenemende mate het gevoel heeft gegeven dat ik niet meer kon rekenen op een veilige werkomgeving. Deze, althans door mij als zodanig ervaren, situatie van intimidatie heeft mij ernstig parten gespeeld in mijn functioneren en heeft geleid tot krampachtig gedrag met de inmiddels bekende feiten tot gevolg.”

Toekomst
Het betoog van de burgervader eindigde met het feit dat hij graag burgemeester van Laarbeek wil blijven. Ubachs wil meewerken aan een bestuurscultuur, die zich kenmerkt door openheid, duidelijkheid, integriteit en één die aanspreekbaar is. Waar mensen in goede verhoudingen kunnen samenwerken. Een cultuur waar een stevige discussie kan en mag plaatsvinden. Waar mensen kunnen werken in een veilige omgeving en waar inwoners en bestuurders langs een zelfde maatlat worden gelegd. De burger vader besluit zijn verklaring met de woorden: “Mocht de raad niet voor een dergelijke bestuurscultuur kiezen, is het voor mij duidelijk dat ik hier niet in wil of kan functioneren. De huidige situatie is niet goed voor mij, de politiek, maar zeker ook niet voor onze gemeente en haar inwoners.”

Reacties
Na de verklaring van de burgemeester hadden de politieke partijen de mogelijkheid om hierop te reageren. Dit gebeurde niet, omdat er geheimhouding binnen de raad was afgesproken.